Had jij tussen 2007 en 2015 een huis in het buitenland? Dan krijg je misschien nog wel geld terug van de Belastingdienst. Er zat toen namelijk een foutje in de software, waardoor je mogelijk onterecht belasting hebt betaald. Nu zou je denken: foutje, dat herstellen ze wel. Maar nee; als je denkt dat je recht hebt op geld terug, dan moet je zelf aan de bel trekken.
In dit artikel:
Huis en schuld belastingvrij
Officieel zijn een tweede huis in het buitenland én de schuld die je daarover hebt belastingvrij. Door een fout in de software, werd er echter toch belasting in rekening gebracht. Niet altijd mega-bedragen, gemiddeld zo’n 70 euro per jaar, maar doe dat keer 8 en het loopt toch best hard op.
Overigens is het niet zo dat de Belastingdienst nu pas achter het foutje komt; het was al eerder bekend. De Nationale Ombudsman heeft zich er zelfs al een keertje over gebogen.
Zelf een klacht indienen
Omdat elke situatie blijkbaar compleet verschillend is, is er naar aanleiding van deze fout niet één grootschalige compensatieregeling geweest. Als je denkt dat je voor compensatie in aanmerking komt, moet je dus zélf aan de bel trekken.
Of beter gezegd: een klacht indienen. En dan wordt het onderzocht.
Dat kan in de eerste instantie bij de Belastingdienst zelf. Mocht dat niet lukken, dan kun je je ook altijd wenden tot de Nationale Ombudsman.
Hoe zit het met belasting betalen en een tweede huis in het buitenland?
Ik vroeg me eigenlijk altijd al af hoe het zat met een tweede huis in het buitenland en de belasting die je daar al dan niet over betaalt. Dit nieuwsbericht leek me een mooi moment om daar eens dieper in te duiken.
Op de site van de Belastingdienst kom ik dan uit op een tweede woning. Die valt onder de bezittingen in box 3. Dat is dezelfde box als waarin bijvoorbeeld je spaargeld valt. Voor deze box geldt dat je de totale waarde op 1 januari moet opnemen in je aangifte.
Voor een huis in het buitenland telt in dat geval de waarde in het economisch verkeer in onbewoonde staat op 1 januari van het jaar vóór het jaar van de aangifte. Kortom; als je over 2019 aangifte doet, dan telt dus 1 januari 2018 als peildatum.
Je mag ook allerlei schulden aftrekken in box 3. Bijvoorbeeld een hypotheekschuld voor die tweede woning in het buitenland. Of consumptieve schulden, studieschulden (onder voorwaarden), roodstand op je bankrekening, enzovoorts.
Bijzonder is dat je hier ook nog verschuldigde erfbelasting mag aftrekken.
Voor al deze aftrekposten geldt wel een drempel. Voor 2020 is dat 3.100 euro zonder en 6.200 euro mét fiscaal partner.
Wat er overblijft, is je vermogen. En daarover betaal je vermogensbelasting.
Hoeveel belasting betaal je over je vermogen?
Over je vermogen (dus ook de waarde van dat huis) minus je schulden betaal je belasting op het moment dat je meer dan 30.846 euro alleen, of 61.692 euro (met fiscaal partner) hebt.
Ook hier geldt 1 januari van het jaar van aangifte weer als peildatum. Dat is trouwens wel goed om even in de gaten te houden, want eerder gold 31 december altijd als peildatum. Dan kon je dus aan het einde van het jaar nog wat manieren bedenken om je saldo te drukken. Nu moet je daar eigenlijk het jaar ervoor al alert op zijn.
Hoeveel belasting dit precies is, hangt af van hoeveel extra je hebt. Ook hier wordt weer met schijven gewerkt. De exacte schijven vind je hier.
Grofweg betaal je over de eerste 10.000 euro extra (met fiscaal partner) gemiddeld zo’n 1,789 procent. Over de 950.000 euro daarna (grofweg en weer met fiscaal partner) zit je gemiddeld op zo’n 4,185 procent.
En hoe zit het dan met géén belasting betalen over een tweede huis in het buitenland?
Dat vroeg ik me dus ook af. Blijkbaar gold er tot 2016 altijd een vrijstelling voor buitenlands onroerend goed in box 3. Je betaalt dan namelijk belasting over die stenen in het land waar ze liggen, maar niet ook nog eens een keer in Nederland.
Die regeling bestaat nu niet meer. Nu is er een zogenaamde ‘evenredigheidsmethode’ toegepast, waardoor je ineens niet meer uitkomt op een 100 procent vrijstelling.
En het wordt nog iets ingewikkelder: je krijgt nog wel een vrijstelling voor het deel van je vermogen dat in zo’n buitenlandse woning zit.
Het duidelijkste rekenvoorbeeld dat ik hiervan kon vinden was dat van de ABN:
Bert woont in Nederland en bezit een tweede huis in Frankrijk met een waarde van € 500.000. Hij verhuurt de woning niet en hoeft in Frankrijk geen inkomstenbelasting te betalen. Voor de aankoop heeft hij destijds € 200.000 geleend, de rest betaalde hij met spaargeld. Netto investeerde hij dus € 300.000 eigen geld. Hij bezit verder nog beleggingen en spaargeld met een totale waarde van ruim €900.000 euro. Zijn totale rendementsgrondslag in box 3 bedraagt € 1.200.000. Zonder vermindering van box 3-heffing zou hij € 15.183 moeten betalen (cijfers 2020). Dat bedrag wordt in zijn geval met een kwart verminderd. Namelijk € 300.000 van de in totaal € 1.200.000 = 25% bestaat uit buitenlands vermogen.
Kort door de bocht: als een kwart van je vermogen in dat tweede huis in het buitenland zit, dan mag je dus nog een kwart van de te betalen vermogensbelasting aftrekken.
Je telt dus eerst al je vermogen op, trekt daar je schulden vanaf. Gooit het door de schijven om te kijken hoeveel vermogensbelasting je moet betalen. En daarna kijk je welk deel van je vermogen in buitenlandse stenen zit en haal je dat percentage ook van je te betalen vermogensbelasting af.
Als ik het goed begrijp, want van die ‘leuker kunnen we het niet maken, wel makkelijker’ merkte ik hier niet zoveel 😉
Heb jij eigenlijk ervaring met een tweede huis in het buitenland?
Volg LekkerLevenMetMinder nu ook op Pinterest, Facebook en Instagram!Deze post kan affiliate-links bevatten. Dit betekent dat ik een commissie krijg als je iets via deze links koopt. Uiteraard kost dit jou niets extra's (soms is het zelfs voordeliger!) en kun je erop rekenen dat ik alleen links opneem van websites of producten waar ik zelf 100% achter sta. Gebruik je deze links voor je overstap, aanmelding of aankoop? Dank je! Je helpt mij dan weer om nóg meer mooie content te kunnen maken!
